Ervaringsgericht Onderwijs richt zich op wat er in kinderen omgaat en heeft de ontwikkeling in de breedte en het leren in de diepte als bedoeling.
Deze aanpak is ontwikkeld is door F. Laevers.
De 3 kernbegrippen bij een ervaringsgerichte onderwijs zijn:
- het verhogen van het welbevinden
- de betrokkenheid bij de klaspraktijk
- de verbondenheid met de school.
De werkvormen die worden gebruikt om de betrokkenheid van de leerlingen te verhogen, zijn :
- de ervaringsgerichte dialoog tijdens de ‘Kring’ en het ’Forum’.
De kring is het moment waarop de eigen klas of leefgroep samenkomt, terwijl het forum een groepsoverstijgende bijeenkomst is van meerdere/alle groepen.
Gedachten en ervaringen worden uitgewisseld, het contact tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en leerkracht wordt gerealiseerd.
Het zijn bij uitstek omgevingen die zeer sfeer- en relatiebevorderend kunnen werken
- ‘Ateliers ‘en’ Projectwerk’ met voor kinderen interessante en uitdagende materialen en activiteiten
- via ‘Contractwerk’ krijgt de leerling de vrije keuze over de invulling van de werktijd (duur, volgorde…) die hem/haar gegeven wordt om een activiteitenpakket af te werken.